Update Spanje 4 februari 2021
Het klinkt raar voor een Spanje-liefhebber, maar als er nu één ding is waar ik in figuurlijke zin een moord voor zou doen, dan is het schaatsen op natuurijs. De schaatstochten rond de Kaag, in Friesland, op de Brabantse vennen, in de Alblasserwaard, in de buurt van Schoonhoven, op de Weerribben, op de Gouwzee, noem maar op, ze horen bij de mooiste momenten in mijn leven. En die rondjes op dorpsijsbanen onder de lichtmasten, met koek en zopie en flarden muziek uit te kleine luidsprekers. Of gewoon in de achtertuin, op de Veenwetering tussen Den Haag en Leiden. In andere jaren ben ik bij het dalen van de temperaturen nog wel eens naar Nederland gereisd, om er in ieder geval íets van mee te krijgen. Goede kans dat er in de loop van de volgende week natuurijs in Nederland is, maar helaas, het zit er niet in – ook al is het leuk en steeds zeldzamer, ik kan er met alle fantasie geen noodzakelijke reis van maken. Zelfs als er een tweede vorstperiode zou komen, acht ik het totaal kansloos. In Spanje lopen de aantallen besmettingen al ruim een week terug, maar in een laag tempo. We zitten nu op iets minder dan 800 positieve tests per 100.000 inwoners per 14 dagen. Er is wel veel verschil tussen de regio’s (zie: https://www.mscbs.gob.es/…/Actualizacion_305_COVID-19.pdf). Als de afname zo doorgaat (en dat is een belangrijke ‘als’), dan duurt het volgens de experts toch nog een week of acht voordat we hier op een voldoende veilig niveau (<50 per 100.000 per 14d.) zitten. En de ijsgroei in april of mei is meestal beperkt. Ik hoop dat u me de melig-nostalgische toon vergeeft. Maar er zijn –hoe ernstig de situatie ook is, vooral ook vanwege de onzekerheid over de nieuwe virusvarianten- wel een paar kleine dingen die voorzichtig vrolijk stemmen. Allereerst lijkt het aantal ziekenhuisopnames af te nemen. Ook de sterfte liet een daling zien, maar het is even afwachten wat de effecten van de besmettingspiek van januari zijn (want de sterfte loopt logischerwijs enkele weken achter op de besmettingen). Ook goed nieuws is dat er in Spanje inmiddels haast 600.000 mensen (vooral zorgpersoneel, bewoners van zorginstellingen en zeer oude mensen) twee prikken hebben gehad en dus binnenkort een hoge beschermingsgraad hebben. Daarnaast hebben bijna 800.000 mensen nu de eerste prik binnen. De uitdaging is nu om het vaccinatietempo vast te houden en op te voeren. Er is nog veel onzekerheid over de vraag wanneer niet-residenten in Spanje in aanmerking voor een vaccinatie en hoe regionale overheden dat gaan organiseren. U kunt zich voorstellen dat het een ingewikkelde klus is en dat er op dit moment ook nog andere prioriteiten zijn. Als hier meer nieuws over is, en dat kan nog best even duren, dan melden we het u. Ik noemde al even de onzekerheid over de effecten van de nieuwe virusvarianten. Er is in Spanje niet veel informatie over beschikbaar. Maar het is aannemelijk dat die meer besmettelijke Britse variant ook hier al een flink aandeel heeft in de nieuwe besmettingen. Daarnaast is men bij steekproeven in Barcelona ook op een geval van de Zuid-Afrikaanse variant gestuit. De nieuwe varianten zijn zoals bekend een extra reden de overbrenging van het virus van het ene naar het andere gebied zo veel mogelijk te beperken. Zie hierover ook de vorige updates. Sindsdien zijn er ook een paar verzwaringen van de maatregelen geweest: Frankrijk stelde per 31 januari de PCR-test ook verplicht voor autoreizigers. En de grens tussen Portugal en Spanje is nu gesloten voor al het niet-noodzakelijke verkeer. Ons Iberische buurland gaat overigens ook wel echt door een dal: eerder deze week werd bekend dat er op het Portugese vasteland nog maar zeven IC-bedden voor COVID-patiënten over waren. Over PCR-testen gesproken: de afgelopen weken is aan het licht gekomen dat er bedrijfjes zijn die per internet valse PCR-testcertificaten verkopen. In Nederland en in Spanje zijn verdachten opgepakt. De autoriteiten nemen dit hoog op: zowel de bedrijfjes die ze uitgeven, als de mensen die de certificaten kopen en gebruiken, kunnen op een forse straf rekenen. Nog een onaangenaam stukje nieuws: onze collega’s van de consulaire afdeling hebben deze week weer van dichtbij mee gemaakt dat er reisverzekeringen zijn die ook in zeer ernstige gevallen niet uitkeren als mensen toch zijn afgereisd terwijl het reisadvies oranje was. Voor de duidelijkheid: dit zijn beslissingen van de verzekeringsmaatschappijen, die soms in hun polis de dekking te koppelen aan de kleur van het reisadvies. Daar staat de overheid buiten. De overheid adviseert en waarschuwt, reizigers en verzekeraars zijn verantwoordelijk voor hun eigen beslissingen. Tot slot nog wat persoonlijke ervaringen. Zoals zoveel mensen heb ik de afgelopen 11 maanden de zorg gemeden. Ik wist dat de ziekenhuizen het al druk genoeg hadden, en ik vond het ook een onveilig idee. Daardoor ben ik wat te lang doorgelopen met een schouderkwaal. Klein leed vergeleken met anderen, maar het kon zo ook niet echt verder. Dus deze week had ik wat medische afspraken. Het was wonderlijk om in spreekkamers en ziekenhuisgangen te komen. Soms waren de maatregelen heel strikt, soms ook merkwaardig losjes. Er was wel een soort ‘COVID Free Zone’ in de kliniek. Zoals bij wel meer dingen in Madrid, kreeg je de indruk dat mensen hebben leren leven met de aanwezigheid van het virus en met bepaalde maatregelen, en dat ze met dat gegeven weer zo normaal mogelijk proberen te werken en te leven. Ik hoop vurig dat we op deze manier zonder grote rampen door de laatste etappes van de COVID-beproeving heen komen. Wie overigens niet de zorg hebben gemeden, zijn onze huisgenoten Moe-íes en Po-és. Althans, zo noemt de veterinario de twee verlaten katjes die we in september half levend in de achtertuin vonden en bij gebrek aan fantasie voorlopig maar muis (de grijze) en poes (de gestreepte) noemden. Sindsdien heeft het medisch-farmaceutisch complex goed aan ze verdiend. Dinsdag waren de arme drommels aan de beurt voor de sterilisatie. ’s Avonds na negen uur (voor het avondeten, we zijn in Spanje…) mochten we ze komen ophalen. Eerst waren ze nog heel zielig, maar zodra we thuis waren gingen ze helemaal los om hun ‘collar Isabelino’ (geïnspireerd op de kanten kragen uit de 16e eeuw, maar nu van hard plastic) van hun kop te trekken. Het bleek onmogelijk om ze te kalmeren en die kraag om hun nek te laten houden. Wij de dierenarts weer gebeld (24-uursdienst!). Die zei dat we ze ook een babyrompertje aan mochten doen. Maar aangezien onze jongste dochter twintig is, hadden we die niet meer in huis. Eind van het verhaal was dat ik ’s avonds laat uit mijn sportshirt uit militaire dienst nog twee kittentruitjes heb zitten knippen, zodat ze nu een mooi oranje hesje aan hebben en zich voorspoedig herstellen. Zo komen we de winteravonden in coronatijd wel door. Prettige avond, Jan Versteeg


